Jaren 30 huis in Heemstede
Een huis moet je blij maken, vindt Suzan. ‘Dat vind ik echt belangrijk. Je moet je eigen sfeer in je huis creëren. Ik geloof dat je een blijer mens kunt worden als je in een fijn ingericht huis woont.’ Suzan gunt ons een kijkje in haar jaren 30 huis én haar hart.
Flink op de schop
Zeven jaar geleden, voordat Suzan en Koen erin trokken, ging hun jaren 30 huis flink op de schop. De keuken en de woonkamer werden één grote ruimte en ook minder zichtbare, maar noodzakelijke reparaties werden uitgevoerd. Het huis werd mooier, de spaarpot steeds leger. Suzan: ‘We waren in het begin ook wel enigszins verbaasd over dat ‘meerwerk’ dat we op rekeningen van de aannemer zagen verschijnen. Die kostenpost kan aardig oplopen. Wel iets dat je zo goed mogelijk moet proberen te voorkomen bij een verbouwing. Daar hebben we veel van geleerd.’ Ook de gang stond op de planning om verbouwd te worden. ‘Ik vond de kleuren van de tegels niet aantrekkelijk. Maar mijn schoonvader overtuigde ons om het niet te doen. Hij zei: ‘Zulke authentieke tegels, waarom zouden jullie dat wegdoen?’ Nu, jaren later, ben ik blij dat we naar hem geluisterd hebben. En met het oranje op de muur hebben we het toch een eigen touch gegeven.’
Andere woonsmaak
Als de verbouwing zo goed als voltooid is, trekken Suzan en haar gezin in het huis. De spullen uit hun vorige huis gaan ook mee. ‘Mijn smaak was toen nogal landelijk.’ Suzan lacht. ‘Op zich niks mis mee natuurlijk. Maar omdat ik het combineerde met het antiek dat ik van mijn moeder had geërfd, kreeg ons interieur een nogal zware uitstraling. Wie toen binnenstapte, en ons er niet bij zou zien, zou denken dat hier wat oudere mensen woonden. Dat was ik op een gegeven moment wel zat, want hé, ik ben jong! Daarnaast was mijn woonsmaak ook veranderd. Nu was ons budget niet hoog genoeg om in een keer de hele boel eruit te gooien en te vervangen door mooie en dure spullen. Ik moest het slim aanpakken. Eerlijk gezegd wilde ik ook veel dingen liever niet weg doen. De erfstukken uit mijn ouderlijk huis waren een schakel met mijn moeder en die wilde ik niet loslaten. De oplossing was eigenlijk heel simpel: ik heb wat dingen uit elkaar getrokken en anders met elkaar gecombineerd. Zo waren bijvoorbeeld én de kroonluchter én de zware kast in de eetkamer iets te veel van het goede. De kast verhuisde daarom naar boven. Maar wegdoen zal ik hem nooit.’
Bron: vtwonen mei 2015 | Fotografie Hans Mossel | Styling Sabine burkunk | Tekst Karen Kroonstuiver