Wonen met kinderen: 7 tips voor een kidsproof interieur

1. Safety first: traphekjes

Baby's die druk bewegen, kruipen, omrollen, tijgeren of regelmatig omvallen, moeten niet zomaar ergens kunnen belanden waar ze niet moeten zijn. Daarvoor zijn boxen, traphekjes en kinderstoelen in het leven geroepen. Bij het ontwerp daarvan spelen twee dingen de hoofdrol: veiligheid en vormgeving.

Belangrijk bij traphekjes en boxen is de spijlafstand: een babyhoofdje mag er niet tussendoor kunnen. De afstand is wettelijk maximaal 6,5 cm. Dat geldt bij een traphek ook voor de ruimte eronder en ernaast. Goed om te weten: sommige hekjes beantwoorden weliswaar aan de Europese norm en/of je stijlgevoel, maar voldoen niet aan de standaarden van de Consumentenbond.

Bevestigings- en sluitmechanismen moeten beveiligd zijn, en tegelijkertijd eenvoudig te bedienen. Vergeet in de winkel niet te testen of je een traphek met één hand openkrijgt. Verder moet een traphek altijd met schroeven in de muur, deurpost of trapbaluster bevestigd worden, en dan ook nog met de juiste soort plug voor de gebruikte schroeven en de ondergrond. Anders laat het misschien alsnog los als een kind ertegenaan valt.

BEETJE HANDIG?
Maak zelf dit prachtige traphekje

2. Kinderstoel kiezen

Zodra een baby zelfstandig rechtop kan zitten, breekt een nieuwe periode aan met een extra gezinslid aan tafel. Gezellig, maar het vraagt wél om een kinderstoel waarin je kind hoog genoeg kan zitten om boven het blad uit te komen en een zitting waaruit hij of zij niet onderuit of voorover kan wegglijden. En aan­gezien kinderen groeien, is het ook aardig als de zitting in hoogte verstelbaar is. Ook moet zo'n stoel bestand zijn tegen omvallen, al wordt er nog zo druk in gewiebeld.

De beste kinderstoelen zijn een knap staaltje toegepaste natuurkunde, wat erop neerkomt dat de poten wijd uit elkaar staan zodat ze zijdelingse druk kunnen weerstaan. Maar die poten moeten dan wel weer zodanig ontworpen zijn dat je er als volwassene niet over struikelt. In de praktijk blijken L-vormige sledevoeten goed te werken. Een goed voorbeeld van zo'n uitgedacht ontwerp is de meegroeiende Tripp Trapp-stoel van Stokke.

3. Stijlvol opruimen

De meeste kinderen kunnen felle kleuren, toeters en bellen enorm waarderen, dus daar wordt door speelgoedfabrikanten flink op ingespeeld. Het kan moeilijk zijn daar een streep door te trekken en een kind blij te maken met stijlvol en verantwoord speelgoed dat je zelf mooi én zinnig vindt, als de rest van de klas alleen maar over de laatste rage praat.

Bovendien hebben sommige kinderen al op jonge leeftijd een uitgesproken smaak en voorkeur voor specifiek speelgoed. Voor woonliefhebbers ligt de uitdaging er vaak in om kinderkamers mooi, leuk en leefbaar te maken, terwijl het speelgoed toch de ruimte krijgt die het verdient. Zo zorg je voor een kidsproof en stylish interieur:

• Open vakkenkasten en ondiepe wandplanken zijn ideaal voor kinderen die dino's, knuffels of auto's verzamelen en (boven hun bed) willen uitstallen.

• Legokind in huis? De kunst is om te zorgen dat de blokjes op hun eigen plek blijven en dus niet overal in huis terechtkomen. Wat helpt: een verrijdbare berglade die onder het bed past, met opbergzakken of -bakken erin. Of zorg voor een hoogslaper met een Legotafel eronder, die is voorzien van vaste bodemplaten en uitgerust met opbergladen aan weerszijden. Check ook deze opbergboxen voor Lego.

• Roze glitterkind? Maak samen een ontwerp voor de kamer waarbij je alvast een voorselectie van kleuren maakt. Of ga voor een muurcirkel van metallic verf waartegen wandplanken met ledlicht zijn opgehangen. Dat is de perfecte clusterplek voor al die eenhoorns/zeemeerminnen/speelkastelen. Want die komen er, gegarandeerd.

• De ideale plek voor de instructieboekjes van Legoprojecten; een tijdschriftenrek. Gewoon aan de muur hangen, precies op de hoogte waar iedereen erbij kan.

• Speelgoedmand of -kist gevonden die bij je woonstijl past? Koop er meteen een aantal, zelfs als ze niet meteen allemaal nodig zijn. Je hebt dan een extra mand voorhanden die bij de rest past als er speelgoed bij komt.

4. Speelhoek in de woonkamer maken

Is er geen ontkomen aan dat kinderen in de woonkamer spelen, dan is een afgebakende speelhoek de beste oplossing. Je kunt zo'n zone markeren met een meubel of accessoire, bijvoorbeeld een speelkleed of speeltafel. Monteer een bureau in de lengte langs de muur of (veilig) inklapbaar, zodat hij achter een kastdeur kan worden weggeborgen. Als je dat combineert met opbergmanden of -dozen die je zelf mooi vindt en regelmatig opruimt, is de kans groot dat kinderen gaan helpen om de chaos in bedwang te houden.

Een kidsproof speelzone baken je in je interieur af met een speelkleed of een markering op de wand. Kies voor een kleurvlak, een kader van ornamenten of een erker met behang dat ook aan jouw smaak voldoet. Dan is de speelplek, als het kleed en het speelgoed zijn opgeruimd, zó weer onderdeel van de kamer. vtwonen-stylist Eva laat in deze video zien hoe je een mooie kinderhoek in de woonkamer maakt.

5. Geef een puber de ruimte

Stap voor stap maken pubers zich los van de volwassenen in huis. Dat is natuurlijk grotendeels een mentaal proces, maar ze moeten zich af en toe ook fysiek kunnen afzonderen. En niet alleen met behulp van een scherm en oortjes. Een aantal tips voor kidsproof – of eigenlijk puberproof – interieur:

• Denk aan extra stopcontacten, al dan niet met USB-poorten erin. Want waar kinderen zijn, zijn gadgets die moeten worden opgeladen.

• Is een eigen kamer geen optie, dan kan een roomdivider in een gedeelde slaapkamer de oplossing zijn. Bijvoorbeeld twee boekenkasten haaks op de muur en met de ruggen tegen elkaar. Daarachter kunnen dan bedden of bureaus staan, zodat twee pubers zich apart kunnen verschansen. Ook een aanrader: een combinatie van hoogslapers met bureaus of garderobekasten eronder, om de beschikbare verticale ruimte optimaal te benutten.

• Heb je een overloop met een loos hoekje? Dan is daar mogelijk plaats voor een huiswerkbureau met meerdere stoelen eraan, of een lees-, game- of studeerhoek met een bank of kussens, bij wijze van hangplek.

• Mooi voor een kleine kamer: een bedstede met aan het voeten- of hoofdeinde een boeken- of vakkenkast. Zo'n bed vormt een soort apart kamertje en biedt dus ook beschutting.

• Is er ruimte genoeg op de slaapkamer zelf, voeg dan een zitplek toe die geen bureaustoel is. Zo hoeft bezoek niet op bed te zitten. Die zitplek kan een poef of fauteuil zijn, maar ook een zitkussen in de vensterbank.

Zuiver OMG BureaustoelBij vtwonen shop

€ 339,00

Bekijk

6. Minder lawaai in huis

Enige vorm van geluiddemping in kamers waar kinderen spelen of muziek maken, is geen overbodige luxe. Gelukkig hoeft dat niet heel ingewikkeld te zijn. Het basisprincipe is dat geluid sterker weerkaatst tegen gladde en harde oppervlakken en wordt gedempt door zachte oppervlakken met reliëf. Een kamer met een gietvloer galmt dus sneller dan eentje met vloerbedekking of een kleed, en een vakkenkast met rieten of vilten manden is gunstiger voor de akoestiek dan een kast met dichte, gladde deuren.

LEES OOK
Alles wat je wilt weten over een gietvloer

Zo demp je het geluid

Speelgeluid dempen lukt vaak al door jaloezieën te vervangen door gordijnen en de speelgoed- of garderobekast te plaatsen tegen de scheidingsmuur die het meeste geluid doorlaat. Is er een pianist of drummer in huis, dan moet er geoefend worden. Zeker in het begin is dat voor alle betrokken partijen behoorlijk afzien. Panelen van vilt en schuim tegen de muur kunnen zorgen voor geluiddemping en bij Werk aan de Muur kun je kunstwerken op een akoestisch doek kiezen.

Gaat het om geluidsoverdracht tussen vloeren en plafonds, dan bestaan er speciale absorptieplaten die tussen een houten vloer en een ondervloer kunnen worden aangebracht. Dat verhoogt de vloer wel enigszins, maar het maakt een wereld van verschil als je bijvoorbeeld de zolder van een ouder huis geschikt wilt maken voor een opgroeiend kind.

7. Fietsen uit het oog

Kun jij ook bijna de voordeur niet meer bereiken door alle fietsen op het pad? Je ziet steeds vaker fietsen­stallingen in voortuinen, met ruimte voor alle fietsen van het gezin. Sommige zijn op maat gemaakt, andere zijn kant-en-klare, afsluitbare boxen van hout en metaal die je kunt afwerken met bijvoorbeeld een sedumdak. Daardoor gaat de box helemaal in de tuin op.

Voor een stalling in de achtertuin heb je geen vergunning nodig (zolang hij aan bepaalde voorwaarden voldoet), maar voor eentje in de voortuin wel. In veel gemeentes mag de berging niet hoger mag zijn dan 1 meter, daarom worden ze vaak deels ingegraven of uit­gerust met een opklapbaar dak. Het handigst is een stalling met een inwendig fietsenrek, waar alle fietsen vrij van elkaar met hun voorwiel in passen. Zo kan iedereen 's ochtends probleemloos bij zijn eigen fiets. Voor kleine achtertuinen bestaan hoge, smalle fietsenboxen waarin de fietsen rechtstandig kunnen worden opgehangen.

Geen tuin? Voor fietsen die binnenshuis of in een berging staan, bestaan verschillende haken waaraan de fietsen aan de muur kunnen worden opgehangen. Er zijn zelfs katrolsystemen waarmee ze aan het plafond kunnen hangen – al zijn die oplossingen vooral handig voor volwassenen en oudere kinderen. Maar ze zijn een uitkomst in een smalle hal.

Bron: beeld 1: vtwonen 13-2021 | Styling kim van rossenberg | Uitvoering Richard van Meerveld | Fotografie Sjoerd Eickmans | Assistentie Sanne Ketelaar | beeld 2: vtwonen 08-2021, styling Ilona Jongepier, fotografie Dana van Leeuwen