Psychologen zeggen: dit is waarom opruimen gelukkig maakt

4 januari 2022, 12:00

Onderzoek naar opruimen

De laatste jaren buigen steeds meer onderzoekers zich over het effect van opruimen op je geest, en dan met name op je stressniveau. Uit een Amerikaanse onderzoek onder zestig huishoudens blijkt dat een rommelig huis iets doet met je cortisolniveau (het stresshormoon), en zodoende leidt tot meer stress. Ook hadden de deelnemers met een rommelig huis vaker last van een negatieve stemming. Vooral bij vrouwen was het verschil tussen de opgeruimde en rommelige situatie sterk aanwezig. De mannen registreerden de rommel in huis wel, maar hun cortisollevels waren er niet van onder de indruk.

LEES OOK
Opruimen in stijl: de leukste staande kapstokken

Goed, een rommelig huis kan dus voor een hoop stress zorgen. Maar hoe komt dat nu eigenlijk? Waarom krijg je wellicht stress van rommel, en word je juist blij van een opgeruimd huis? Het Amerikaanse onderzoek stipt aan dat opruimen het gevoel geeft dat je de controle hebt over je omgeving. Het leven is soms al onzeker genoeg, en daarom kun je happy worden als je directe leefomgeving voorspelbaar en netjes is. Daarnaast biedt opruimen ook afleiding. Het geeft je constante prikkels en je ziet je to do-lijst per klus iets kleiner worden.

Opruimen als een pro

Marie Kondo lijkt het dus bij ’t juiste eind te hebben: opruimen maakt gelukkig. Haar geheim voor een écht goede opruimsessie? Dat zit ‘m in de vraag ‘of het item je een blij gevoel geeft.’ Zo niet, gooi het dan weg of geef het een tweede leven bij iemand die er wél blij van wordt. Wil je het houden? Doe dat dan op de plek waar het hoort. Zo heb je dus eigenlijk altijd drie keuzes: opruimen, weggooien of weggeven.

Volgens Marie Kondo gaat opruimen pas echt gelukkig maken wanneer alle spullen een vaste plek in huis hebben. Ook de kleine spulletjes zoals sleutels (en wie ze vaak kwijt is weet: juist die sleutels!). Heeft alles een vaste plek, dan zul je zien dat je huis georganiseerd is en je een stuk minder vaak spullen kwijt bent. En wie wordt daar nu níét gelukkig van?