Tip 1: Kies een klein object om mee te knallen
Met een kleurpalet van naturellen, zwart en wit zet je een stevige basis neer. Wil je een iets andere weg inslaan en met kleur aan de slag, begin met kleine kleurbommetjes. Ga voor een vaas, kandelaar of kunstwerk in kleuren die atypisch zijn voor de rest van je interieur. Denk fluo, banaangeel of stoplichtrood. Omdat het om een klein object gaat, neem je geen groot risico. Maar je zult merken, zo'n kleurig object pept je interieur op.
Tip 2: Experimenteer met kleur in doorloopruimtes
De bijkeuken, het toilet, de traphal, de entree; het zijn ruimtes waar je maar kort aanwezig bent. Deze ruimtes zijn ideaal om in te experimenteren met kleur. Zo worden deze plekken energiegevers en maken ze de woonbeleving spannend. Smaakt het naar meer? Dan kun je langzaamaan ook meer kleur in de woonkamer of keuken verwerken.
Tip 3: Breng kleur in huis met kunst
Een kunstwerk is een afgebakende plek waar je los kunt gaan met kleur, zonder dat je interieur zelf op een kleurig experiment hoeft te lijken. Bovendien krijgen de kunstwerken in een ingetogen interieur alle aandacht.
Tip 4: Probeer pastels
Voelt kleur als een grote stap? Probeer pastelkleuren. Zachte kleurschakeringen zijn helemaal van nu. En vooral, zulke tonen zijn subtieler en minder ingrijpend dan felle kleuren.
Je las een artikel van het magazine Stijlvol Wonen. Ben je op zoek naar meer inspiratie voor een chique interieur dat jaren meegaat? Bekijk de pagina van Stijlvol Wonen.
