De woonkamer en het eetgedeelte zijn ruimtes om te relaxen. Heftige kleuren op de muur passen hier niet echt.. Kies liever voor rustgevende kleuren als pastels in blauw, groen of geel. Meer sfeer voeg je toe met warme kleuren als rood, geel, oranje en bruin.
De keuken is een actieve zone in huis en kan wel wat kleur aan. Vooral geel doet het goed in de keuken. Deze ruimte moet de uitstraling krijgen van een plezierige plek, luchtig en licht.
Kinderkamers kunnen wel wat kleur hebben, maar overdrijf niet. Pasteltinten houden kinderen rustig. Wil je toch gebruik maken van felle kleuren? Beperk je dan tot één accentmuur. Kies de kleinste wand, maar niet de muur achter het bureau, dat leidt af. Combineer de felle kleur met een donkerdere variant en een lichte basiskleur voor een harmonieus resultaat.
In de slaapkamer kun je het best natuurlijke tinten gebruiken, die werken rustgevend. Denk bijvoorbeeld aan vergrijsde tinten, zand, waterig blauw, mosterdgeel, steenrood. Wil je toch een accentmuur in een opvallende kleur? Geen probleem, maar kies dan voor de muur aan het hoofdeinde van je bed, zodat de felle tint jouw nachtrust niet verstoort. Kijk uit met spiegels of kasten met spiegels aan de overkant van de kleurige muur. De kleuren blijven dan via de spiegel continu in je oog flikkeren.
In de hal kun je naar hartenlust experimenteren met kleur of effecten. Hier verblijf je ten slotte maar even.
Bron: vtwonen home guide 2015